Helpende handen: Nederlandse expertise in Antwerpen

Als coördinator Vreemde Talen bij Linguapolis houd ik van alle vreemde talen even veel. Maar met het Duits heb ik een moeilijke relatie. Dat begon al op school toen ik zelf Duits leerde. Eerst ging alles goed en stelde het Duits zich heel sympathiek op: teksten lezen en luisteren ging vlot. Maar toen ik wilde spreken, liet de taal haar ware aard zien. Ik raakte verstrikt in de uitgangen en verdwaalde ergens tussen de wechselpräpositionen.

Als coördinator wilde ik vrede sluiten met mijn valse vriend, maar opnieuw bleek het Duits complexer dan je op het eerste zicht zou vermoeden. De lange zoektocht naar een geschikt handboek dat aansluit bij de noden van hooggeschoolde Nederlandstalige beginners dreigde op een dood spoor terecht te komen. Bovendien bleek het leerproces van onze taalleerders telkens opnieuw vast te lopen op dezelfde problemen; het verschil tussen wenn, wann en als bijvoorbeeld.

Ten einde raad nam ik via LinkedIn contact op met de NUT-collega’s van de groep Moderne Vreemde Talen. Ik kreeg een aantal goede boekentips en een lang antwoord van Kasper Maes, voorzitter van de groep MVT en taaldocent Duits. Na de laatste NUT-vergadering in Maastricht spraken we af in Antwerpen. Tijdens dat overleg op 27 mei wisselden Kasper en de Linguapolis-taaldocenten Duits ervaring en expertise uit. Samen met collega Mario van de Visser (Docent NT2 aan het Language Center van Tilburg University) gaf Kasper meer uitleg over de ontwikkeling en inzet van kennisclips. Een interessante denkpiste om lacunes in handboeken op te vangen en van onze cursisten zelfstandige taalleerders te maken die het verschil tussen wenn, wann en als eindeloos opnieuw kunnen bekijken en beluisteren.

Hands and puzzle on gray background. Teamwork solving a puzzleHet Linguapolis-team Duits kijkt opnieuw positief vooruit. Vanaf volgend jaar zullen we met een nieuwe methode aan de slag gaan en we houden zeker contact met Kasper en Mario. Misschien werken we in de toekomst samen meer kennisclips uit?

Wat ik eigenlijk wil zeggen is dit: als je op een dood spoor zit, een vraag hebt, nood hebt aan een goede babbel of gewoon wil weten hoe een ander het doet, neem dan eens contact op met een NUT-collega. Ik kan het je warm aanbevelen.

(Ginny De Vos, Linguapolis, Universiteit Antwerpen – met heel veel dank aan Kasper Maes en Mario van de Visser)